advies voorkeursbesluit Noord-Zuidverbinding Limburg

SARO ontving op 8 oktober 2021 een adviesvraag van De Werkvennootschap over het voorontwerp voorkeurbesluit van het complex project ‘Noord-Zuid Limburg’. Het advies wordt verwacht tegen 9 november 2021. Met voorliggend advies, goedgekeurd door de raad op 17 november 2021, komt SARO zo snel als mogelijk tegemoet aan de vooropgestelde adviestermijn.

De raad stelt vast dat het proces van de onderzoeksfase van het complex project Noord-Zuid Limburg op gedegen wijze is gevoerd. Voorliggend voorontwerp voorkeursbesluit is op heldere en overzichtelijke wijze opgebouwd. Het gevoerde proces getuigt van een breed participatieve en geïntegreerde aanpak. Tevens komt voorliggend voorontwerp voorkeursbesluit in grote mate tegemoet aan de strategische bemerkingen zoals geformuleerd in de eerdere raadsadviezen naar aanleiding van de AON en de tussennota van voorliggend complex project.

De raad formuleert volgende strategische aandachtspunten bij het voorontwerp voorkeursbesluit van het complex project Noord-Zuid Limburg:

  • De raad erkent dat er tijdens de onderzoeksfase van voorliggend complex project stelselmatig nieuwe inzichten zijn opgebouwd, dewelke geleid hebben tot zowel een vertrechtering van de redelijke alternatieven als (hercombinatie tot) nieuwe, redelijke alternatieven. De raad kan de finale set van redelijke alternatieven die voorwerp uitmaakten van het geïntegreerd effectenonderzoek ondersteunen.
  • De raad wees in zijn vorige adviezen over de AON en tussennota op het belang om alle alternatieven op alle aspecten, doch wel strategisch te onderzoeken. De raad vindt het in die zin positief dat het geïntegreerd effectenonderzoek werd aangevuld met een aantal bijkomende onderzoeken. Wat betreft de uitgevoerde ADC-toets aanvaardt de raad de conclusies: er zijn geen minder schadelijke alternatieven voor handen (‘A-toets’), er is een dwingende reden van groot openbaar belang (‘D-toets’), en er worden compenserende maatregelen genomen (‘C-toets’).
  • De raad ondersteunt de beslissing om voor elk van de twee sturende bouwstenen een aparte afweging te maken. De afweging van de redelijke alternatieven -vanuit de drie hoofddoelstellingen en op basis van diverse criteria- gebeurde volgens de raad op geïntegreerde wijze en getuigt van de vooropgestelde ‘verbrede aanpak’ van voorliggend complex project.
  • De raad kan de keuze voor de trambus op vrije bedding en het combinatiealternatief Ay als voorkeursalternatief voor respectievelijk het HOV en de regionale wegverbinding N74 ondersteunen.
  • De raad vindt het positief dat de bij het voorontwerp voorkeursbesluit toegevoegde overzichtstabel met acties duidelijkheid verschaft over het ‘gebiedsprogramma NZL’ en de verhouding van dit programma tot het ‘complex project NZL’.
  • De raad stelt vast dat voorliggend voorontwerp voorkeursbesluit aandacht heeft voor de vereiste compenserende maatregelen.