SARO ontving op 25 februari 2013 een adviesvraag van minister Philippe Muyters over het voorontwerp van decreet tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten. In zijn advies van 27 maart 2013 stelt de raad vast dat de decreetwijziging vooral gericht is op enkele technische aanpassingen met het oog op meer eenduidigheid. De raad beperkt zich in zijn advies tot het formuleren van enkele strategische aandachtspunten zonder zich uit te spreken over de technische invulling van de bepalingen.
Zo vindt de raad de differentiëring van het subsidiepercentage in functie van enkele specifieke doelstellingen (o.a. sanering brownfield, strategische projecten) positief, maar merkt op dat het onduidelijk is welke subsidiepercentages in de toekomst zullen gelden. De middelen die voortvloeien uit de heffing moeten blijvend ter beschikking staan voor verwerving en sanering van geregistreerde bedrijfsruimten. Ten slotte merkt de raad op dat het decreet het onderscheid behoudt tussen enerzijds financiële steun voor een aantal specifiek vermelde publiekrechtelijke rechtspersonen (zij kunnen steun ontvangen voor verwerving en sanering) en anderzijds steun voor natuurlijke personen, privaatrechtelijke rechtspersonen en andere publiekrechtelijke rechtspersonen (zij kunnen steun ontvangen voor sanering). De raad benadrukt dat dit niet mag leiden tot een verstoring van een marktconforme herontwikkeling van de bedrijfsruimten.