De raad legt in zijn advies de nadruk op de cruciale rol van het instrument van ‘voorkeursbesluit’. Het voorkeursbesluit wordt in het proces tot opmaak van een complex project immers beschouwd als een ‘point of no return’. Bovendien zijn er zeer belangrijke rechtsgevolgen aan gekoppeld. Het voorkeursbesluit van het complex project voor de realisatie van extra containerbehandelingscapaciteit in de haven van Antwerpen gaat uitvoerig in op het groot algemeen belang van dit project. Als voorliggend complex project van groot algemeen belang is, impliceert dit dat artikel 16 van het Decreet Complexe Projecten van toepassing wordt. De Vlaamse overheid kan het voorkeursbesluit definitief vaststellen ondanks de negatieve conclusies van de passende beoordeling. In dat geval zullen alle nodige compenserende maatregelen moeten worden genomen om de samenhang van het coherente Europese ecologische netwerk van speciale beschermingszones (Natura 2000) te waarborgen. Die maatregelen impliceren - conform artikel 16 - de actieve ontwikkeling van een evenwaardige habitat of het natuurlijk milieu ervan met minstens een gelijkaardige oppervlakte.
SARO vraagt verder aandacht voor de ruimere context en de samenhang tussen alle geplande ruimtelijke initiatieven in dit plangebied. De samenhang tussen dit complex project en de gewestelijke RUP’s ‘Afbakening zeehavengebied Antwerpen’ en ‘Havenontwikkeling Linkerscheldeoever’ is een belangrijk aandachtspunt. De raad wijst ten slotte op de belangrijke milieu-impact van het voorkeursbesluit. Een hele reeks milderende maatregelen zal noodzakelijk zijn. Deze moeten in samenhang worden ontwikkeld met de milderende maatregelen die noodzakelijk zijn voor de andere ruimtelijke projecten in het plangebied en dit zeer specifiek wat betreft mobiliteit, luchtkwaliteit, klimaat, natuurcompensatie, boscompensatie en flankerende maatregelen landbouw.